De brief is geschreven door Nijlenaar Adrianus Gummarus Verwerf aan zijn broers en vader. "Ik hoop dat jullie niet ten oorlog moeten trekken. Ik heb al 1.400 mensen zien sterven, waaronder dorpsgenoot Johannes Wijnants. We leven hier als wolven, er is geen geld, geen eten, enkel gruwel", staat er in de brief.
De brief werd generatie op generatie doorgegeven in de familie Melis. De laatste nazaat, een Geelse vrouw die de brief nu in haar bezit, had wilde die eigenlijk aan 1 van haar 4 kinderen geven. Maar ze kon niet beslissen aan welke van de 4 en dus besliste ze om de brief aan de gemeente Nijlen te schenken.
En de brief blijkt nu 223 jaar later opvallend goed bewaard gebleven. En die taak neemt de gemeente nu over. Hij wordt in zuurvrij papier opgeslagen zodat hij niet kan aangetast worden en het schrijfsel wordt ook gedigitaliseerd
Volgens de gemeente zijn er nog twee gelijkaardige soldatenbrieven in omloop in Njilen. Ze hoopt ook die brieven nog in handen te krijgen om ze goed te bewaren voor het nageslacht.
